dinsdag 11 juni 2013

Lytje Pole en Sint-Lucia.

 De gemeente Schiermonnikoog heeft een inwonertal van ongeveer 1000. 

Het eiland Schiermonnikoog, in volksmond Lytje Pole is ongeveer 18 km lang en 3 km breed.


Schiermonnikoog lag lange tijd vast aan de rest van Friesland en werd gevormd na de rampzalige Sint-Luciavloed die plaatsvond op 13 op 14 december 1287 en het leven schonk aan het Zuiderzee




Veel dorpen die op de plaats van het huidige IJsselmeer en de Waddenzee lagen, zijn door deze vloed weggespoeld. 


Bronnen uit 1731 wordt er nog gesproken op Schiermonnikoog over vier dorpen, 

namelijk Westerburen en Oosterburen, en twee kleinere gehuchtjes Hoogdorp en Dompen, 
maar deze gehuchtjes bleven niet lang meer helaas bestaan.

in de 2e wereldoorlog heeft er op Schiermonnikoog tijdelijk een  Duits radar dorp bestaan,
genaamd Schlei dorp, 30 bunkers,Barakken,officierwoningen voor 200 luchtwaffensoldaten.



De eerste dijken op Schiermonnikoog werden gebouwd rond het reeds vergane dorp Westerburen.


 Het nieuwe dorp is gebouwd vanaf 1719 en werd in opdracht van de familie Stachouwer gerealiseerd omdat het oorspronkelijke dorp Westerburen langzaam door de zee werd verzwolgen.


Omdat alle waddeneilanden in het westen afbrokkelen,
werd het dorp vanaf 1600 door de zee bedreigd. 

Huis na huis verdween in de golven.


De inwoners bouwden nieuwe huizen op de plek waar nu het huidige dorp is.


Voor 1720 lag er op de plaats van het huidige Westerstrand het dorp: Westerburen.


Op het Westerstrand nabij paal 2 werden op 2,5 – 3 meter diepte duidelijke verstoringen van de sedimentgelaagdheid aangetroffen.

Op een kaart uit de 17e eeuw zijn te zien een kerk, een molen en veertien huizen.


In 1570 moesten de woningen in het westen van het dorp afgebroken worden.

Dit omdat de zee langzaam duinen wegsloeg en de wind zand van de duinen tegen de huizen waaide.

In de loop van de tijd begon men de huizen dan ook maar meer naar het oosten te bouwen.


En wel in de buurtschappen Oosterburen en in de Molenbuurt,

beide iets ten oosten van het oude dorp.

Vanaf 1650 kwamen de zee en de geul de Scholbalg steeds dichterbij.


Het zeewater spoelde regelmatig de huizen binnen.


Huis na huis werd vanaf 1717 weggeslagen door zware stormen, 

zoals de kerstvloed van 1717 en de Nieuwjaarsvloed van 1720.

Toen begon men met de bouw van huizen en een kerk in de buurtschap Dompen.


Dit was op een plek, iets ten zuiden van de huidige Westerplas, die wel veilig leek. 


Hoogdorp Maar men bouwde ook al huizen in wat nu het huidige dorp is, zoals het huis 'Marten' uit 1721.


Men noemde dit deel Hoogdorp omdat het wat hoger lag dan de rest van de kwelder.


Hierdoor hoopte men geen last meer te hebben van overstromingen.


Op 2e kerstdag 1760 verdwenen de laatste huizen van het oude dorp in zee.


Maar ook Dompen werd bedreigd door de geul de Noorman.


De bewoners verhuisden naar het Hoogdorp.


Alle huizen van Dompen verdwenen in zee. 


Tenslotte ging iedereen wonen op de plaats van het huidige dorp.


Men bouwde daar ook een nieuwe kerk en twee molens.


Ook werden rond 1760 lage dijkjes aangelegd in de kwelder ten zuiden van het nieuwe dorp.


Op die manier hoopte men beter beschermd te zijn tegen de zee.


Een restant van zo'n dijkje is nog te vinden bij de huidige kinderboerderij.


Op de stukken land vonden zowel veeteelt als akkerbouw plaats.